… thuis alles heel goed kennen, maar tijdens de toets weet je het ineens niet meer
… heel zenuwachtig zijn tijdens een toets.
… gedachten die maar rondspoken door je hoofd: ‘Het lukt met toch niet’ of ‘Ik kan dit niet’.
Als dit je vaak overkomt, dan heb je waarschijnlijk faalangst.
Als je moet presteren, dan voel je je altijd een beetje gespannen. Dat is gezonde spanning. Gezonde spanning zet je op scherp, zodat je geconcentreerd bent en beter kunt presteren. Op die manier is spanning dus productief. Maar wanneer de spanning te hoog oploopt, wordt het presteren juist belemmerd. Je kunt steeds angstiger worden, waardoor de kans op falen steeds groter wordt. Door je faalangst twijfel je aan je eigen kunnen, pieker je veel en ben je bang om fouten te maken. Wanneer deze gevoelens bij jou de overhand krijgen en een belemmering vormen, is het tijd iets te ondernemen.
Tijdens faalangst-training leer je in contact te komen met je gevoelens. Je leert deze te veranderen of te beïnvloeden. Je leert bovendien een aantal verschillende strategieën van oplossen. Dit kan bijvoorbeeld het toepassen van een ontspanningsoefening zijn, of het inzetten van een positieve gedachtes. Er worden verschillende tools aangereikt. Jij kunt kiezen welke er daadwerkelijk bij jou past en wat voor jou goed werkt. Als we dat weten, dan leer je om je eigen strategieën op verschillende momenten in te zetten.
De faalangstreductietraining is voor kinderen en jongeren van 8 tot 18 jaar. Er kan gewerkt worden met verschillende werkvormen: een spelletje, een werkboekje, gesprekken en oefeningen.